- SOS-Jeugdzorg

SOS-Blog

×

Waarschuwing

JUser: :_load: Kan gebruiker met ID: 70 niet laden

 

Volgens Mariëlle Dekker van de Augeo Foundation, het evangelisatie-centrum voor kindermishandeling (met bijbehorend tijdschrift) kunnen we kindermishandeling opvatten als een virus dat zich verspreidt, zoals de vogelgriep.(1) Het eerste wat mij bij het woord kindermishandeling of vroegsignalering te binnen schiet is altijd ‘hysterie’ zoals in mishandelinghysterie of meldingshysterie, of communistenjacht, heksenjacht of jacht op ‘de vijanden van het volk’. Op zoek zijn naar iets dat gevaarlijk is, maar dat in werkelijkheid vaak niet zo erg is als het wordt voorgesteld door de experts. Experts die soms zelf ook een financieel belang hebben bij de verkoop van zoveel mogelijk vaccins. Hoe langer ik er over nadenk, hoe meer overeenkomsten ik begin te zien bij epidemieën en de mensen die ervoor waarschuwen of het nu griepvirussen betreft of kindermishandeling.

 

 

In het jeugdzorgsysteem is er geen integraal gezinsbeeld waarin de ouders een toegevoegde waarde hebben. Er wordt probleem-zoekend gewerkt in de jeugdzorg en er wordt enkel aan één of meerdere problemen gewerkt die zouden moeten verdwijnen of verminderen. De aanname dat goed functionerende gezinnen zeer kansrijke kinderen voortbrengen is niet het uitgangspunt, maar reparatie-denken. Alles wordt instrumenteel beschouwd, zodat een pleeggezin gelijkwaardig is aan het biologisch ouderschap. Maar de adoptie-wetenschap heeft aangetoond dat gezinnen wel degelijk toegevoegde waarde hebben in verband met de identiteitsvorming van kinderen/jongeren. (1) Een biologisch gezin dat goed functioneert is als het ware een gratis pleeggezin voor jeugdzorg. Je ouders kennen is voor hen alleen maar een juridisch recht (omgangsrecht) en geen ideale situatie vanuit het kind gezien.


Je bent niet alleen sociaalpsychologisch door je ouders gevormd, zoals sociaal werkers graag benadrukken, maar je draagt ook hun genen. In een fijn en warm gezin wordt de bloedband versterkt door een goede opvoeding. Sommige sociologen/professoren verbonden met jeugdzorg (Jan C.M. Willems ) praten daarom ook graag over de bloedband-mythe om het belang van de gezinsband te ondermijnen. Je kunt nu eenmaal makkelijker kinderen uit gezinnen wegnemen als je de halve waarheid vertelt, dat kinderen niet meer nodig hebben dan eten, verzorging en een dak boven hun hoofd. (2) In het jeugdzorg-systeem worden ouders primair als risicofactor gezien en nauwelijks als een hulpbron (de belangrijkste hulpbron) voor het opgroeiende kind. Het liefst nemen professionals van diverse instanties en scholen de opvoeding van ouders uit handen, omdat het wantrouwen naar ouders groot is. Dit leidt op termijn tot staatsopvoeding. (3) Door geleidelijk aan jeugdzorg het onderwijs in te brengen wordt de opvoeding langzaam overgenomen van ouders (GIRFEC), omdat ouders ook worden ingezogen in door de overheid gedicteerde sociale en maatschappelijke waarden. Ook hier is weer de aanname dat ouders die zelf niet hebben of niet de juiste waarden. Daarnaast is er in de praktijk weinig vertrouwen in de weerbaarheid van kinderen. Ieder zorg-signaal is een fataal element dat ‘bedreigend’ is voor het veilig opgroeien, zonder te accepteren dat ouders en kinderen samen een dynamisch leerproces doormaken gedurende de hele jeugd en opvoeding van het kind. Kinderen leren van ouders en ouders leren van hun kinderen.

 

Inleiding:

Door het hele jaar heen worden er volop symposiums/workshops/bijeenkomsten georganiseerd over jeugdzorg, met name voor jeugdzorgbestuurders, jeugdzorgmedewerkers, politici en beleidsmakers. Buiten het feit dat deze bijeenkomsten veel geld kosten zijn ze vaak niet toegankelijk voor ouders (‘de gekkies’). Naar mijn idee omdat er angst is voor ouders die op internet soms in heftige bewoordingen kunnen reageren op de handelswijze van jeugdzorg, de Raad en de rechtelijke macht (kinderrechters/familierecht). Men vermijd de ouders het liefst in plaats van naar ze te luisteren.

                                                  

De workshop ‘allemaal gekkies?’van donderdag 17 november op het kantoor van JBRA kostte geen €500 en het bracht op een laagdrempelige manier gezinsmanagers, Raadsonderzoekers en medewerkers van het AKJ en ouders samen. De aanmeldingen overstegen onze verwachtingen, deze medewerkers waren niet zo bang voor een ontmoeting met kritische ouders.


Toespraak Jeugdzorg Dark horse       

Door: Ranada van Kralingen

Malieveld Den Haag, 29 juni 2016                                                                                   


Jeugdzorghulp werkt averechts


Jeugdzorg is een systeem dat kinderen zou moeten beschermen, maar dit te vaak niet doet. Een systeem dat zichzelf in standhoudt door soms onbedoeld kinderen te traumatiseren en langer aan het hulpverleningsinfuus te houden dan nodig is. Als deze kinderen later volwassen zijn komen ze in veel gevallen opnieuw met jeugdzorg in aanraking, wanneer ze zelf kinderen hebben.


Waarheidsvinding


Kinderen worden in Nederland uit huis geplaatst, weggerukt van hun familie, maar als achteraf blijkt dat er fouten zijn gemaakt komen de kinderen vaak niet terug. Er wordt óók achteraf niet aan waarheidsvinding gedaan, zodat ouders een onmogelijke strijd voeren, waarbij de beschuldigingen aan hun adres zich opstapelen, om de fouten van jeugdzorg zelf te maskeren.


Speculaties in rapportages


In de brief van Minister van der Steur van 13 april 2016 aan de Tweede Kamer staat dat goede voornemens om feiten en meningen te scheiden in de rapportages van jeugdzorg en de Raad nog lang niet goed gaat.


Een terugkerende klacht blijft ook in 2016 dat feiten en meningen niet afdoende worden gescheiden. De inhoud van rapporten zijn niet voldoende consistent en er zijn klachten over onzorgvuldig onderzoek of niet objectief onderzoek.


In 2013 heeft toenmalig kinderombudsman Marc Dullaert in het rapport "is de zorg gegrond" al aangegeven dat er veel mis is in de jeugdzorg als het gaat om feiten en speculaties in rapportages. Hij sluit niet uit dat er kinderen onterecht uit huis zijn geplaatst…………..


De rapportages van jeugdzorg gezinsvoogden zijn van slechte kwaliteit en kenmerken zich door speculaties, vermoedens en onderbuikgevoelens. De Kinderombudsman constateert dat deze instanties te weinig garanties hebben ingebouwd om het aantal fouten tot een minimum te beperken. Er wordt gebruik gemaakt van informantenonderzoek, waarbij de verkregen gegevens niet worden getoetst. Ook de kinderrechter doet vaak niet aan materiële toetsing van gedane beweringen.


Decentralisatie


In de 2015 kwam de decentralisatie met de belofte dat alles beter zou worden, maar het oude Bureau jeugdzorg gaat gewoon door onder een andere naam als gecertificeerde instelling. De decentralisatie heeft niets veranderd aan haar werkwijze, want die is nog even ondoorzichtig als voor de transitie. “Het is de dictatuur van de jeugdzorg”, zeiden twee advocaten uit Enschede in de Tubantia van 28 mei:


“Er is een religie in Nederland en die is dat jeugdzorg alwetend is en àltijd gelijk heeft.“ Toen de advocaat in een zitting aangaf dat de gezinsvoogd loog, zei de rechter: ‘Ik geloof de gezinsvoogd áltijd’. De visie van de Raad voor de Kinderbescherming de jeugdzorginstelling, Veilig Thuis of Jeugdbescherming wordt meestal gevolgd door de kinderrechter, ook als er sprake is van aantoonbare onjuistheden, liegen of valsheid in geschrifte.


Wil men dit echt gaan aanpakken dan pleit ik voor de beëdiging van jeugdzorgmedewerkers en Raadsmedewerkers in de rechtbank. Laat ze hun verklaringen onder ede afleggen. Het is in de familierechtbank bijna altijd een thuiswedstrijd voor Jeugdzorg. En dat weten ze. Daarom kan dit perverse systeem nog decennialang mee.


Aan het einde van het rapport van de Kinderombudsman staan aanbevelingen, maar die aanbevelingen zijn niet bindend. Iedereen belooft beterschap, en niets verandert. Jeugdzorg lacht erom en politici verschuilen zich achter het zoveelste onderzoek dat ze hebben laten doen. Maar het onrecht gaat gewoon verder.